“U moet begrijpen – ik ben toegewijd aan de revolutie. Niets gaat voor mij boven de revolutie – zelfs niet mijn vrouw.”
Aldus een personage in Doctor Zhivago, een boek van de Russische Boris Pasternak. In 2014 was het honderd jaar geleden dat de Eerste Wereldoorlog uitbrak – daarmee begon het geopolitieke verval van Europa. Terwijl de Europese naties zich in krachtmetingen uitputten groeiden de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie uit tot wereldmachten. De Eerste Wereldoorlog was in Rusland de directe aanleiding tot de communistische revolutie. Maar welke Europeaan heeft vandaag nog dezelfde wilskracht, idealisme en zelfopoffering als Pasternaks revolutionairen? Het doet pijn te constateren dat dit in 2014 eigenlijk alleen de jihadisten en Syrië-gangers waren. Wellicht zijn er in het leger nog enkele patriotten te vinden – hun Spartaanse waarden contrasteren echter steeds scherper met de pudding-cultuur van de samenleving die zij verdedigen.
In de jaren zestig brak een groot scepticisme uit. Een maatschappelijk scepticisme: tegen het gezag van kerk en familie. Een filosofisch scepticisme: tegen objectieve kennis en vastomlijnde waarheden. Een scepticisme van Derrida en Feyerabend, van Woodstock en Provo. Op de ruïnes van dat scepticisme is een massa-consumentisme gegroeid – er lijken nauwelijks nieuwe waarden of credo’s voor in de plaats gekomen. Volgens Theodore Dalrymple leeft de huidige Europeaan op geërfd moreel kapitaal van verloren tradities en vorige generaties.
Moreel kapitaal dat snel opdroogt, zoals wij constateren in de clip ‘Habits‘, een lied dat in 2014 werd uitgebracht door de Zweedse zangeres Tove Lo. In het filmpje zien we hoe een jongedame die door haar vriend gedumpt is verdwaasd door kroegen zwerft, op zoek naar een sekspartner om haar pijn te vergeten. Omstanders betasten haar en kussen haar nek – ze laat het achteloos over zich heenkomen, tegen een achtergrond van verpauperde, met-graffiti-bekladderde steegjes. Dan wimpelt ze hen af en rent ze door drank bedwelmd de kille nacht in. De clip toont dat hoewel jonge mensen bijeenkomen en ogenschijnlijk samen lol hebben, het uiteindelijk toch ieder voor zich is. Hoe zou een meisje met liefdesverdriet vijftien jaar geleden zijn afgebeeld? Op haar slaapkamer, gekleed in hartjespyjama, schrijvend in haar dagboek en omringd met knuffelberen.
Het probleem van de Westerse beschaving, meer specifiek de Europese, is dat onze politieke instituties zich slechts bekommeren om een deelaspect van het verval: de economie. “Voor groei en banen!” Europese landen zijn economische grootmachten en zullen dat vermoedelijk nog enige tijd blijven. Het verval zit tevens in sociale, culturele en spirituele kwesties. Dit merken de inwoners van binnenwijken die de druk voelen van militante minderheidsgroepen en hun islamitische religie. De eerste gastarbeiders die hier kwamen behielden hun conservatieve levenswaarden maar wezen de Westerse natiestaten niet openlijk af. Vandaag hebben we te maken met hun nakomelingen – een deel van hen grijpt terug op fundamentalistische interpretaties van de islam.
Het voorgaande moeten we verklaren uit gebrek aan spiritueel houvast, morele sturing, ethische richting en intellectuele bagage. De Westerse cultuur is te broos, te vluchtig en verwaterd om hen dat te bieden. Het ontbreekt aan discipline, aan gezag, hiërarchie en autoriteit. Dit vloeit voort uit het Europa van het “dit nooit meer”, zoals belichaamd door de Duitser Martin Schulz. De voorzitter van het Europees Parlement reageerde met grote morele verontwaardiging op de film Innocence of Muslims: “We zijn het erover eens dat dit soort godslasterlijke films veroordeeld moeten worden”, zei hij, bijgestaan door leden van de Gulf Cooperation Council, “Ik veroordeel niet alleen de inhoud, maar ook de verspreiding van zo’n film, die enorm vernederend is voor veel mensen over de hele wereld.” Toen ik dit besprak met een progressieve hoge Europese ambtenaar zei ze dat de islam een politieke kracht is met een religieus-spirituele dimensie. Ik antwoordde dat in Nederland enkel de PVV dit openlijk erkende. En dat ze door die uitspraak dus op één hoop gegooid zou worden met het Front National. Ze schrok.
De Britse Clive Martin schreef een artikel over volgroeide volwassenen die weigeren hun eindeloze stapavonden op te geven en ook geen reden kunnen bedenken waarom ze dat zouden doen. Hij verwijst naar de hoge zelfmoordcijfers onder mannen en naar legers van jonge mannen en vrouwen die uit clubs worden gedragen met kots op hun shirt en woede in hun hart. Ze vermaken zich met afleveringen van een nieuwe Amerikaanse comedyserie voordat ze op bed neerploffen en nieuwe smoezen proberen te verzinnen om de volgende ochtend niet naar het werk te gaan. Mede doordat er geen baan te vinden is die het werken waard is, is het naar de klote gaan in het weekend het enige waarin ze nog geloven: “Wij zijn een stuurloze generatie die zonder grote dromen en mythes niet meer weet waar we naartoe moeten werken.” Voor onze ouders was het wel anders, schrijft Martin: ze kwamen makkelijk aan de bak en beëindigden hun jeugd ten faveure van verantwoordelijkheden, huiselijke waarden en het gezinsleven. Van dit beschavingsfundament is na generaties hedonisme, postmodernisme en feminisme weinig over.
Ik noemde een gebrek aan discipline, gezag, hiërarchie en autoriteit. Dit hangt samen met de feminisering van Europa. Columnist Bob Smalhout noemde bijvoorbeeld “de extreme feminisering van justitie”. Dit hangt samen met een ander verstaan van machtsverhoudingen en conflicten, dat niet alleen cultuurgebonden is maar in de psyche wortelt en uiteindelijk teruggaat op biologie. Een feministisch tijdschrift bracht triomfantelijk de ontdekking dat vrouwen tussen hun vijfentwintigste en dertigste meer verdienen dan hun mannelijke evenknieën. Zou er ook zo’n triomfantelijk gevoel zijn geweest als het andersom was?
Het zal voor de man moeilijker worden om zijn rol en plaats te vinden in de Westerse samenleving. Hij zal minder vaak kostwinner zijn – tegelijkertijd vallen vrouwen op mannen in voortrekkersrollen. En waar gaan Europeanen, gelet op de flexibilisering van de arbeidsmarkt, de stabiliteit en vastigheid vinden die zij qua werk en inkomen nodig hebben om gezinnen te stichten en te onderhouden? Om nog te zwijgen over de stijgende zorgkosten en steeds duurdere vaste lasten? De vergrijzing en de weerslag die deze heeft op het pensioenstelsel? Daar komt bij dat organisaties vroeger gedragen werden door overkoepelende credo’s en gedeelde waarden. Het was belangrijk om bedrijven en instituties op tijd over te dragen op aankomende generaties. Maar de post Tweede Wereldoorlog generatie verkoos authenticiteit en individualisme boven erfgoed en traditie. Ze voelen zich geen deel van overkoepelende verbanden en maken daarom onvoldoende plaats voor aanstormende twintigers en dertigers.
Het mag duidelijk zijn dat we niet de waarheid spreken als we alle problemen terugbrengen tot de islamisering van Europa. Ook Éric Zemmour, die in Le Suicide français ingaat op het verval van Frankrijk, heeft niet helemaal gelijk – het verval is geen specifieke Franse aangelegenheid maar is deel van een Europese ontwikkeling die een Europees antwoord behoeft. De islamisering van Europa is een gevolg van het afbreken van de Westerse geestelijke weerbaarheid, van het opdrogen van filosofische bronnen, van oprukkend hedonisme en relativisme. De islamisering is het invullen van een vacuüm. Maar onze politici hoor ik hier niet over. Het is wachten op een massabeweging. Op een groot Europees ontwaken.
Meer hierover in het boek Avondland en Identiteit, dat januari 2015 bij uitgeverij Aspekt verschijnt.
Is dit niet precies het soort cultuurkritiek die aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog ook al klonk? En vervolgens het Avondland in het verderf stortte?
Bekende problemen eloquent opgeschreven en in context geplaatst. Of onze politici zich niet uitspreken over de islamisering van Europa, lijkt me een onhoudbare generalisatie. Zie alleen al de columns van de (oud-)politici die meewerken aan dit blog. Er zijn zelfs politici te vinden die oplossingen aandragen tegen het verval. Dat die oplossingen te extreem zijn en/of niet op een parlementaire meerderheid kunnen rekenen, is wellicht een bewijs voor de feminisering van Europa.
De mens handelt alleen uit noodzaak, en zolang de huidige welvaart aanhoudt, is die noodzaak afwezig. Dat weten politici ook en daarom zet de meerderheid in op de economie. Misschien in de hoop dat over tijd het binden van constructieve moslims wél werkt?
N.B. Online lijkt het boek Avondland en Identiteit pas in februari 2015 beschikbaar te zijn.
Een goed stuk. Overigens werken sommige (de laatste 3) van de hyperlinks niet goed.
Wat Dirk Jan van Baar zegt; Dit soort cultuurkritiek bestaat al sinds het laatste kwart van de Negentiende Eeuw. Ik zie geen nieuwe inzichten, hooguit een aanpassing aan de actualiteit. Sinds het liberaal kapitalisme doorbrak is er van links en van rechts kritiek op geleverd. Dit artikel is typisch rechts en anti liberaal kapitalistisch met de hang naar gezag en autoriteit. Al met al geen bijster origineel inzicht.
Een interessant artikel en dit sluit geheel aan zoals ik dacht en voelde tijdens de jaren voorafgaand aan 1968 en de jaren daarna tot nu. Me altijd weer afvragend waarom mensen zich zo kritiekloos en zonder na te denken hebben laten meeslepen, zich laten afvoeren naar een zogenaamd blije wereld ontdaan van alle eigen verantwoordelijkheid, zonder een moreel kompas, levend van het ene oppervlakkige moment tot het andere, wat al ondernomen werd en wordt moet voorzien zijn van het eigen plezier, levend in een wereld van “na ons de zondvloed”, het opgeven van de onze eigen Westerse waarden, normen en cultuur, zich overgevend aan een aan ons opgedrongen islamitische religie onder het mom van: we moeten ons openen voor …………. Mooi verhaaltje als die andere religie zich dan ook maar opent voor onze samenlevingsvorm, onze religies of groepen niet gelovige mensen. Het altijd maar weg met ons en plaatsmaken voor het andere, heeft grote delen van de als maar softer wordende mensen, het niet meer willen opkomen voor het eigene, in de Westerse wereld tot slaafse volgelingen gemaakt, a.h.w. suf gebeukt en alles gelovend wat door de politieke partijen en grote delen van de media als zaligmakend naar buiten werd en nog steeds wordt gebracht en dit alles bovendien ook nog aanvaard door de niet meer echt onafhankelijke rechterlijke macht. A. Hitler, Göbbels e.a. wisten de Duitse bevolking voor 90% te hersenspoelen, iets wat na de 2e Wereldoorlog totaal werd veroordeeld, schande, nog eens schande en wat is er nu al weer jaren aan de hand, juist een totale hersenspoeling. Zolang de zogenaamde onafhankelijke media, deze z i j n er niet meer, aan de hand van de politieke partijen meeloopt en er geen echte diepgaande, journalistieke onderzoeken meer worden verricht door dagbladen, tijdschriften, radio, TV, de zich boven alles en iedereen verheven voelende TV-sterren ons iedere dag lastigvallen met opmerkingen over het gedrag van mensen die voor hun tradities staan o.a. de discussie Zwarte Piet moet weg en heel boos worden als 85% hun progressieve oprispingen niet volgen en deze bekende VIP?personen ook nog de kans krijgen om hun boosheid te uiten tijdens een uitzending van RTL Late Night show, zal dit weg met ons alleen maar verergeren. Journalisten met moed , die alle aspecten van gematigd links, links, ultralinks, midden rechts, midden, midden links, gematigd rechts ,rechts, ultrarechts etc. onder de loep nemen met eerlijke onpartijdige berichtgeving, zonder leugens of halve leugens te verspreiden, zouden misschien het tij nog enigszins kunnen keren, maar mijn geloof daarin heb ik helaas al lang verloren. Ook het gros van de journaille en ook de politici zit liever op het bekende lichaamsdeel, lekker makkelijk, aan het eind van de maand komt het geld toch wel binnen. Het volk is het makkelijke slachtoffer door manipulatie op grote schaal.
In cultuurpessimistische gevoelens kan ik mij wel enigszins verplaatsen; waar gaat het heen, nietwaar? Maar wat ik hier lees kan ik op meer dan één plaats niet goed volgen.
De context van het citaat uit Dokter Zjivago ken ik niet, maar elders heb ik wel eens gelezen dat er enthousiastelingen voor de communistische revolutie waren die zelfs hun vrouw zouden aangeven als dat voor de revolutie dienstig zou zijn. Van dat soort heilig revolutionair vuur ben ik geen liefhebber. Ik denk dus: hoe minder Europeanen dezelfde wilskracht, idealisme en zelfopoffering hebben als Pasternaks revolutionairen, hoe beter. De schrijver lijkt het echter te betreuren dat er maar zo weinig Europeanen diezelfde wilskracht, idealisme en zelfopoffering als Pasternaks revolutionairen hebben; sterker, het doet de schrijver “pijn te constateren dat dit in 2014 eigenlijk alleen de jihadisten en Syrië-gangers waren”. Ik wrijf mijn ogen uit. Ik denk: het zou toch wel fijn zijn als niet al te veel andere Europeanen zo waren als jihadisten en Syrië-gangers. Even later wordt al die wilskracht en zelfopoffering en al dat geweldige idealisme gecontrasteerd met de “pudding-cultuur” van onze samenleving. Als ik nou mocht kiezen tussen aan de ene kant communistische revolutionairen, jihadisten en Syrië-gangers en aan de andere kant onze puddingcultuur, dan zou mijn voorkeur toch wel uitgaan naar onze puddingcultuur.
Mogelijk speelt mij parten dat ik tot die vermaledijde generatie van ‘baby-boomers’ hoor, want als ik lees over “een gebrek aan discipline, gezag, hiërarchie en autoriteit” die samen zou hangen met “de feminisering van Europa”, dan denk ik toch onwillekeurig aan de rampspoed die de generatie voor mij heeft getroffen en die minstens voor een deel kan worden toegeschreven aan een teveel aan discipline, gezag, hiërarchie en autoriteit. Is het dan wel zo erg dat we sindsdien een tikkeltje “gefeminiseerd”zijn? Toegegeven, met die feminisering moet het natuurlijk niet de spuigaten uit gaan lopen, maar met die discipline en die hierarchie van voor de oorlog kon het misschien toch wel een onsje minder.
Ik heb moeite met de slotalinea, waar “de islamisering” ter sprake komt: “Het mag duidelijk zijn dat we niet de waarheid spreken als we alle problemen terugbrengen tot de islamisering van Europa.” Inderdaad, dat mag duidelijk zijn. Maar dan volgt: “De islamisering van Europa is een gevolg van het afbreken van de Westerse geestelijke weerbaarheid, van het opdrogen van filosofische bronnen, van oprukkend hedonisme en relativisme. De islamisering is het invullen van een vacuüm.” Ik begrijp dit niet. Dat zal kunnen komen omdat ik de term “islamisering”als een constructie aanvoel in dezelfde groep als waartoe de term “kerstening”behoort. Maar er is absoluut geen sprake van islamisering in de zin waarin ooit de kerstening van de zogeheten heidense volkeren heeft plaatsgevonden. Bekeringen tot de Islam binnen Europa van mensen die eerder christenen of atheïsten of wat dan ook waren komen niet vaak voor, met geweld opgelegde bekeringen nog minder. Een tamelijk groot deel van de verwaarloosbaar kleine groep van zulke bekeerlingen zijn vermoedelijk psychisch enigszins labiele personen. Wat er wel gebeurt is dat er steeds meer moslims zich in Europa hebben gevestigd, zich hebben vermenigvuldigd en door hun aantal een machtsfactor zouden kunnen worden, op dezelfde wijze als waarop in de 19de eeuw in Nederland de katholieken, door in aantal toe te nemen, een machtsfactor van belang konden worden. Maar dat heette toen geen katholisering; terecht niet, want wie niet katholiek was of uit katholieke ouders werd geboren peinsde er niet over om katholiek te worden, en hoefde dat ook niet, uitzonderingen daargelaten.
Een vervelend aspect van de term “islamisering” is dat je hem nogal vaak gebruikt ziet in kringen waar niet al te genuanceerd over de mogelijke gevaren van de islam en het islamitisch radicalisme wordt gedacht. Van “islamisering” (of “de islamisering”, met bepaald lidwoord) wordt meestal gesproken door mensen die de islam, en a fortiori de islamisering, iets ergs vinden. Het is dus geen neutrale, zakelijke term. Het staat voor iets wat tegengegaan moet worden, een gevaar dat ons bedreigt. Moslims zelf, die uit de aard der zaak positief tegenover de islam staan, maar ook niet-moslims die, al dan niet op goede gronden, de islam op zichzelf alleen maar een godsdienst onder de godsdiensten vinden, nuttig voor de saamhorigheid en de zielerust voor de mensen die er mee opgegroeid zijn, zul je nooit met hoorbare huivering in de stem van “islamisering”horen spreken.
Voor zover er een zakelijke inhoud is, is het de vraag in hoeverre je van islamisering kan spreken. Er is ook enige “ont-islamisering” onder moslims (alhoewel dat nog niet erg wil vlotten), net zoals in de voorheen door christendom gedomineerde wereld ontkerstening heeft plaatsgevonden. Er zijn meer moslims in Europa komen wonen, zoveel is zeker, en men kan dat natuurlijk betreuren, maar dat maakt Europa nog niet “geïslamiseerd”. Wel is er, zoals bekend, onder groepen moslims sprake van radicalisering, in allerlei vervelende varianten, niet in de laatste plaats die naar Syrië afreizende jihadisten. Dat is zeker niet iets om toe te juichen (al begrijp ik van de schrijver dat wij als decadente Europeanen een voorbeeld zouden kunnen nemen aan hun wilskracht en idealisme), maar het is, dunkt mij, wat anders dan “islamisering”.
Niettemin zie ik met belangstelling uit naar het te verschijnen boek “Avondland en Identiteit,”want ook van identiteit heb ik altijd al het fijne willen weten.